De kamerhoogte
Volgens de fundamentmuren had het herenhuis twee verdiepingen en strekte de ontvangstzaal zich uit over beide verdiepingen.
Om de bovenverdieping aan beide zijden van de zaal te bereiken, waren er in de twee aangrenzende gangen trappen aangebracht.
De vloer en muren
Van de uitrusting van de kamer zijn enkel kleine resten bewaard gebleven, bijvoorbeeld duizenden individuele mozaïeksteentjes, die echter niet toelaten om conclusies te trekken over het oorspronkelijke motief.
Het mozaïek in het midden van de zaal toont een patroon uit de badkamer, dat hier als voorbeeld is nagebootst met originele stenen.
Het brokstuk van een gegroefde pilaster uit kalksteen, een halve zuil met groefversiering, bewijst dat ook hier een architectonische indeling van de muren aanwezig was.
Vooral in de villa van Echternach in Luxemburg zijn grote resten van een marmeren muurbekleding bewaard gebleven. Deze verdeelde de verdiepingen met kroonlijsten en pilasters.
Het gewelfde plafond
Gewelfde plafonds vinden hun oorsprong in de steenarchitectuur van representatieve tempels en grote openbare gebouwen.
Het gebruik ervan in de villa’s blijkt vooral uit muurschilderingen, in Borg is er ook een afdruk van de houten constructie in het pleisterwerk.
Het waterbassin
Het met marmer beklede, achthoekige waterbassin in de zaal kan pas voor de laatste verbouwingsfase worden bewezen, maar vermoedelijk stamt het wel uit vroegere tijden.
Andere statige villa’s tonen immers duidelijk dat dergelijke bassins vaak behoorden tot het interieur van dergelijke kamers.
De waterspuwer in de vorm van een dennenappel is een kopie.
Het origineel is afkomstig uit een villa in Merzig in het Saarland.